vergroening van onze leefomgeving

Hagen en Heggen

HAGEN EN HEGGEN

De namen haag of heg worden vaak door elkaar gebruikt. In principe hebben ze dezelfde betekenis, namelijk een omheining van struiken. Van vroeger uit vormden meidoorn en sleedoorn een natuurlijk ‘prikkeldraad’ als afscheiding om dieren binnen of ongewenste indringers buiten te houden. Met een combinatie van verschillende planten als de (haag) beuk, kardinaalsmuts, meidoorn, sleedoorn, hondsroos, Gelderse roos en krent hebben hagen in het voorjaar en het najaar een grote sierwaarde. In de lente verschijnen de prachtigste bloesems terwijl in het najaar verschillende soorten bessen de haag versieren. Daarnaast zijn ze van grote waarde als voedselbron voor vogels en insecten.

Onder hagen verstaan we compact geschoren lijnvormige aanplantingen en onder heggen uitgroeiende hagen met bloesems en bessen. Door hagen en heggen te planten kan iedereen bijdragen aan de vergroening van onze leefomgeving.

Beukenhaag als afscheiding tussen percelen

 

Landschappelijke beleving

Hagen en heggen zijn van grote invloed op de beleving van het landschap. Perceelgrenzen en weilanden worden gemarkeerd en omzoomd. Vogelbosjes en gemengde landschappelijke hagen nemen wel iets meer ruimte in beslag dan een normale geschoren haag, maar geven daar ook veel voor terug. Een grote diversiteit van uitlopend blad, bloesem en bloei, voedsel  en nestmogelijkheden voor de vogels, bessen en vruchten en vele nuances in herfstkleuren. Door te variëren in hoogte kunnen ongewenste zichtlijnen worden geblokkeerd en wordt privacy verkregen. Doordat de wind wordt gebroken ontstaat een aangenaam microklimaat. Door snoei toe te passen blijft het contact met het landschap, daar waar gewenst, behouden. Het snoeiwerk is extensief en kan zelfs enkele jaren worden overgeslagen. Ook fungeren heggen en hagen als verbindingslijnen tussen andere landschapselementen waarvan egels en padden weer gebruik maken.

Meidoornheg met lijsterbes, braamstruik, brandnetel en berk

 

 

Ecologische structuur voor soorten

Hagen en heggen zijn van onvervangbare waarde voor planten en dieren gezien de grote rijkdom aan zaden en vruchten die er in voorkomen. Hierin vinden allerlei vogels, insecten, zoogdieren en reptielen een plek. Ook vinden vanuit hagen allerlei roofinsecten hun weg naar gewassen en zorgen voor een stukje biologische bestrijding. Hagen die meermaals per jaar worden gesnoeid komen niet tot bloei en dragen dan ook geen vruchten. De natuurwaarde wordt groter wanneer op bepaalde plaatsen opgaande bomen of knotbomen in een haag worden opgenomen.

 

Gelderseroos als onderdeel gemengde heg met lijsterbes, meidoorn en sleedoorn

 

Compacte leefwereld

Voor veel diersoorten zijn hagen en heggen hun hele leefwereld. Andere soorten gebruiken ze dan weer voor een specifieke activiteit: om er te schuilen, te rusten, te nestelen of voedsel te zoeken. Voor nog anderen vormen ze een prima uitvalsbasis om de omringende open gebieden af te schuimen op zoek naar voedsel of prooi. Weer andere soorten zullen er bij hun verplaatsingen door het open gebied gebruik van maken (als ‘stapstenen’). Kortom, voor ontelbaar veel soorten hebben hagen en heggen een belangrijke, soortspecifieke betekenis en maken ze deel uit van de ecologische structuur voor de soort. Je kunt het een beetje vergelijken met het geheel van wegen, huizen, warenhuizen.

Meidoornhaag als afscheiding paardenweide

NEEM CONTACT MET
ONS OP

natuurerf 2020 alle rechten voorbehouden