Stokkum:  broedlokatie van de kerkuil rijker

Een kasthouder uit Stokkum meldde in de 2e week van augustus het secretariaat van de Stichting Hofvogels met het vermoeden dat er mogelijk alsnog jonge kerkuilen op zijn erf geboren waren. Niet alleen vond hij veren van de kerkuil onder een op zijn erf opgehangen kerkuilenkast, maar ook hoorde hij er regelmatig gesis en gestommel. Een verrassende onverwachte maar welkome  melding. Niet alleen omdat tijdens eerdere kastcontroles in juni bleek dat de nestkast niet bewoond was, maar al meerdere jaren daarvoor leeg stond. Dus hopelijk een nieuwe broedlokatie.

Bij inspectie van de nestkast bleek inderdaad dat er uiteindelijk liefst vijf dikke en weldoorvoede jonge kerkuilen van circa 4 tot 5 weken oud in de nestkast aanwezig waren. Aan de hand van de wel zeer bolle buiken van de jongen bleek zelfs, dat ze onlangs nog gevoerd waren door het ouderpaar. Naast de vijf jongen lag er ook nog een zogenaamd schierei of niet bebroed ei in de nestkast.

Het late broedsel in Stokkum past in de broedontwikkelingen van dit jaar bij zowel de steenuil als de kerkuil. Daar waar de kerkuilenpopulatie tijdens de vorstperiode en de daarop volgend natte periode ernstig inboette met veel dode kerkuilen, mislukten vele 1e begin mei geconstateerde broedsels bij de steenuilen als gevolg van een tekort aan prooien. In beide gevallen speelde het slechte weer in het voorjaar een rol. Wel herstelde de populatie kerkuilen zich gaandeweg als gevolg van een ruim muizenaanbod en slaagden vele wat latere broedsels bij de steenuilen met rijkelijk veel jongen omdat het voedselaanbod zich herstelde. Daar het bekend is dat de kerkuil bij gunstige omstandigheden zelfs meerdere malen per jaar broedt hoopt Hofvogels op gelijke meldingen van kasthouders van kerkuilenkasten.

Alle jongen werden vervolgens door één van de ringers van Hofvogels geringd onder grote belangstelling van de kasthouder en zijn gezin.